Kersenbomen groeien groot en zijn weinig kieskeurig wat hun standplaats betreft (liefst wat kalkrijk). Je kan ze wel wat binnen de perken houden door uitbuigen. Stevige en veelvuldige snoei is echter af te raden in verband met het ‘gommen’ van de bomen en creëren van wonden waardoor diverse schimmelinfecties kunnen ontstaan. Ook hier is een goede bestuiving vereist om een goede vruchtzetting te bekomen.
Dit is een grote, gele kers.(z.g. witte kraker). Het is een late kers en wordt omwille van de gele kleur minder door de vogels gegeten. Goede bestuivers zijn Hedelfinger, big. Van, ...
Dit is de zeer gekende ‘witbuik’. Het is een middentijdse kers (half juli).
Deze bigarreau geeft mooie, dikke vruchten met donker vruchtvlees. Er kan geplukt worden vanaf juni. Het is dus een vroege kers.
Deze soort is vruchtbaar en geeft mooie, zwarte, niet al te grote kersen.
Dit is een roze dikke kers met vast vruchtvlees. Ze is middelvroeg rijp met goede vruchtbaarheid en mooie rode, roze vrucht. Bestuivers: Hedelfinger, Early rivers, Bigareau Burlat, Bigareau Van.
De zogenoemde late, zwarte krakers. Een middentijds ras met vaste zwarte vruchten. Bestuivers : Hedelfinger, Early Rivers, Bigareau Burlat.
Dit is een roze dikke kers met vast vruchtvlees. Ze is middelvroeg rijp met vroege, regelmatige en goede vruchtbaarheid en mooie rode, roze vrucht.Maar is wel barstgevoelig. Bestuivers : Kordia, Lapins, Burlat, Early Rivers.
Deze variëteit geeft laat, grote, bruine kersen.
Is een zeer grote, hartvormige rode kers met een mooie glans en een lange steel. Wordt soms aangeduid met 'Sumgita'. Bestuiver: Hedelfinger.